Aanullend artikel: zijn we wel zo anders?
---
Jongeren
door P.A. Bergwerff
Christelijke jongeren gedragen zich als het gaat om roken, drinken, drugsgebruik en gokken niet anders dan hun niet-christelijke leeftijdgenoten. Dat is het op het eerste gezicht opzienbarende resultaat van een onderzoek van De Hoop naar het gebruik van verslavende middelen onder jongeren uit orthodoxe kringen.
Op het eerste gezicht, want geheel verrassend is deze uitkomst ook weer niet. Eerder kwam dezelfde hulpverleningsinstelling namelijk al met eendere resultaten naar buiten van een onderzoek onder jonge reformatorischen. In zekere zin was die uitslag opzienbarender, omdat het hier ging om jongeren uit een bevolkingssegment, dat maatschappelijk gezien nog steeds een meer geïsoleerde positie inneemt dan andere delen van orthodox-christelijk Nederland.
Het onderzoek dat gisteren werd gepubliceerd, betrof ook die andere - voornamelijk evangelische - delen. Het lag enigermate voor de hand dat als een geïsoleerde groep als die van de 'refo-jongeren' al zo'n hevig aangepast gedrag vertoonde, dat voor jongeren met een meer open houding naar de omringende cultuur zéker zou gelden.
Tegelijkertijd kan het toch ook wel weer enige verbazing wekken dat het hier gaat om jongeren uit dat deel van de Nederlandse christenheid dat niets van levenloos naamchristendom wil weten en wedergeboorte en een daaraan beantwoordende levensheiliging een belangrijke voorwaarde acht voor echt christen-zijn. Natuurlijk, dat wil nog niet zeggen dat alle jongeren uit zulke groeperingen per se in het door hun ouders uitgezette spoor lopen. Maar van meelevende jongeren, die de moeite nemen toogdagen als Opwekking en de EO-Jongerendag te bezoeken, zou men dat wel verwachten. En juist hen had De Hoop ondervraagd. Als het om aankomende generaties gaat vervagen kennelijk de grenzen tussen 'traditionele kerken' en evangelische groepen.
Helaas, want hoezeer men onderzoeken als de onderhavige kan relativeren (het gaat niet om notoire verslaafden, maar om experimenterende jongeren; experimenten behoren in zekere zin tot de jeugdcultuur die naar haar aard een voorbijgaande fase is; De Hoop gooit alle verslaving op één hoop, maar er is nog wel enig verschil tussen rookverslaving en xtc-gebruik bijvoorbeeld), opwekkend is het beeld dat gisteren werd gepresenteerd niet.
En dan doelen we nog niet eens zozeer op het gesignaleerde daadwerkelijke gedrag van de betrokken jongeren, want in zekere zin gaat het daarbij om een symptoom. Belangrijker is de achterliggende levenshouding en die laat zich karakteriseren door het grote gemak waarmee het christen-zijn verenigbaar wordt geacht met zaken die daar naar hun aard haaks op staan. Dan is 'het geloof' een compartiment van het leven naast en los van andere. Dan is Gods werkelijkheid een andere dan die van alledag.Daar hebben de betrokken jongeren geen patent op overigens, want hun ouders - zo wees het EO-onderzoek De boodschap en de kloof uit - zijn al evenzeer van dat hondje gebeten.
Christelijk Nederland zou er zich weer meer van bewust moeten worden dat - met een oud adagium - het leven één is. Onder een open hemel. Van 's morgens vroeg tot 's avonds laat.
© Nederlands Dagblad 10 augustus 2000