quote:
Hendrik-NG schreef op 24 mei 2011 om 09:15:Denk je niet dat die beelden van "vuur en verderf" staan voor "louteren" als het louteren van goud in het vuur (bijbels beeld trouwens - zie 1 Petr 1:7)... Ik zie die Dag van de Wederkomst
ook wel als een dag van loutering... Het begin van de Laatste Pesach, waarbij "het hele huis wordt uitgekamt om de laatste restjes zuurdeeg op te sporen en weg te doen"... Met hierna onze definitieve "Exodus"... Onze Opstanding tot een nieuw leven...
Ik zou samen met jou een boek willen schrijven met de pakkende titel:
het louterende vuur en de misinterpretatie van de katholieke kerk.
Op de achterkant van ons boek zou men lezen:
'De beide professoren tonen op miraculeuze wijze aan dat het louterende vuur waarover in de Bijbel is geschreven een aards vuur is wat reeds in de eerste eeuw heeft gewoed.'
We zouden eerst uitvoerig de relatie tussen goud en vuur uitdiepen en onze gretige lezers er op wijzen dat de tempel bekleed was met goud en tussen 66-70 tot de grond toe afbrandde waarna uitsluitend dat was overgebleven. De betekenis is dus ook letterlijk!
Voorts kwamen uitsluitend de ongelovigen in de verdoemenis (Joh 5,24. Rom 8,1) want de gelovigen hadden het eeuwige leven en waren de bergen ingevlucht nadat zij de tekenen herkenden die Jezus hen uitvoerig had voorzegd zie Lukas 21. Het is daarom ook zeer opvallend dat Flavius Josephus verhaalt over een leeggelopen stad aan de vooravond van de Joodse oorlog.
quote:
En ik denk dat je de "vuursymboliek" uit de Schrift ook op die manier kan opvatten! Dan lees je (m.i.) een tekst als 2 Petr 3 toch heel anders! Zie:
8 Eén ding mag u niet over het hoofd zien, geliefde broeders en zusters: voor de Heer is één dag als duizend jaar en duizend jaar als één dag. 9 De Heer is niet traag met het nakomen van zijn belofte, zoals sommigen menen; hij heeft alleen maar geduld met u, omdat hij wil dat iedereen tot inkeer komt en niemand verloren gaat.
10 De dag van de Heer zal komen als een dief. De hemelsferen zullen die dag met luid gedreun vergaan, de elementen gaan in vlammen op, de aarde wordt blootgelegd en alles wat daarop gedaan is komt aan het licht. 11 Als dit allemaal op die manier te gronde gaat, hoe heilig en vroom moet u dan niet leven, 12 u die uitziet naar de dag van God en het aanbreken daarvan bespoedigt! Die dag gaan de hemelsferen in vlammen op, en de elementen vatten vlam en smelten weg. 13 Maar wij vertrouwen op Gods belofte en zien uit naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.
Petrus zegt: 10 De dag van de Heer zal komen als een dief. De hemelsferen zullen die dag met luid gedreun vergaan, de elementen gaan in vlammen op, de aarde wordt blootgelegd en alles wat daarop gedaan is komt aan het licht. 11 Als dit allemaal op die manier te gronde gaat, hoe heilig en vroom moet u dan niet leven?
De kern is hier de opmerking dat ALLES aan het licht zal komen... Hemel en aarde worden, als het ware, binnenstebuiten gekeerd. Met als doel? Dat alles wat op de aarde gedaan is aan het licht zal komen... Vers 11 suggereert in deze vertaling dat alles in hemel en op aarde zal "vergaan"... Maar ik denk dat het het werkwoord "λύω" hier ook best mag lezen als "zal worden losgeklopt", zoals je het vuil uit een kleed klopt... De aarde krijgt dus "met de matteklopper", maar dan met goede bedoelingen: een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont (vers 13)... Die goede bedoelingen van God drukt Petrus ook al uit in vers 9...
Ja dat denk ik ook, maar door de verdedigende houding die Petrus met name in zijn tweede brief aannam, krijg ik de indruk dat hij schreef aan een gemeente op wie de tegenstanders van Christus hadden ingepraat. De Farizeeërs en hogepriesters onder wie ook Paulus voor zijn bekering had gewerkt toen hij de gemeente zwaar vervolgde. Feitelijk waarschuwde Petrus de gemeente dat zij in het vuur zouden omkomen indien ze zich niet bekeerden en de bergen invluchten (Mat 24,16) bij het zien van de tekenen waar Jezus over had gesproken. Het was dus een letterlijk vuur waar Petrus voor waarschuwde, met een symbolische betekenis. Dit vuur was het vuur waardoor de tempel afbrandde en allen die niet naar Jezus geluisterd hadden en aldaar gekomen waren i.p.v. de onheilspellende tekenen te herkennen zoals ook Flavius Josephus schreef. Deze geschiedschrijver is zeer helder in zijn beschuldigingen (en wordt er van verdacht een crypto christen te zijn) en beet zijn volksgenoten toe dat zij zo stom waren geweest om slechte voortekenen als zijnde goede te interpreteren.
Kortom, er waren geen restjes zuurdesem, maar uitsluitend verzuurd deeg wat in vlammen opging, want al het ongezuurde deeg (de christenen) waren al in de bergen gevlucht of kregen tot op het bittere einde toe de kans om zich te bekeren tot Jezus Christus!
quote:
Wat mij opviel waren de parallellen tussen deze passage en Psalm 90:
1 Een gebed van Mozes, de godsman.
Heer, u bent ons een toevlucht geweest
van geslacht op geslacht.
2 Nog voor de bergen waren geboren,
voor u aarde en land had gebaard –
u bent, o God, van eeuwigheid tot eeuwigheid.
3 U doet de sterveling terugkeren tot stof
en zegt: ‘Keer terug, mensenkind.’
4 Duizend jaar zijn in uw ogen
als de dag van gisteren die voorbij is,
niet meer dan een wake in de nacht.
5 U vaagt ons weg als slaap
in de morgen, als opschietend gras
6 dat ontkiemt in de morgen en opschiet,
en ’s avonds verwelkt en verdort.
7 Wij komen om door uw toorn,
door uw woede bezwijken wij.
8 U hebt onze zonden vóór u geleid,
onze geheimen onthuld in het licht van uw gelaat.
9 Al onze dagen gaan heen door uw woede,
wij beëindigen onze jaren in een zucht.
10 Zeventig jaar duren onze dagen,
of tachtig als wij sterk zijn.
Het beste daarvan is moeite en leed,
het gaat snel voorbij en wij vliegen heen.
11 Wie kent de kracht van uw toorn,
wie vreest oprecht uw woede?
12 Leer ons zo onze dagen te tellen
dat wijsheid ons hart vervult.
13 Keer u tot ons, HEER – hoe lang nog?
Ontferm u over uw dienaren.
14 Vervul ons in de morgen met uw liefde,
laat ons van blijdschap juichen, al onze dagen.
15 Geef ons vreugde, vergoed de dagen dat u ons kwelde,
de jaren dat wij ellende doorstonden.
16 Toon uw daden aan uw dienaren,
maak uw glorie bekend aan hun kinderen.
17 Laat ons uw genade zien, Heer, onze God.
Bevestig het werk van onze handen,
het werk van onze handen, bevestig dat.
Wij komen om door uw toorn: de elementen gaan in vlammen op, de aarde wordt blootgelegd en alles wat daarop gedaan is komt aan het licht: U hebt onze zonden vóór u geleid, onze geheimen onthuld in het licht van uw gelaat...
In het licht van Gods gelaat worden onze zonden onthult (ook de laatste restjes zuurdeeg komen aan het licht)... Maar dat schept ruimte voor een beroep op Gods genade, volgens de Psalmdichter:
17 Laat ons uw genade zien, Heer, onze God.
Bevestig het werk van onze handen,
het werk van onze handen, bevestig dat.
Ofwel: maak dat het werk van onze handen uw "vuurproef" kan doorstaan!!
Dat gaat niet over ons Hendrik, want de gelovigen komen niet in de verdoemenis. Het oordeel waar wij mee te maken krijgen is geen aards oordeel, maar nadat we heengaan komen wij voor Jezus zijn rechterstoel te staan. Dat is echter niet het aardse oordeel waarin de ongelovigen zijn omgekomen die weigerden de tekenen te herkennen.
quote:
Vergelijk dat eens met de waarschuwing van Petrus:
11 Als dit allemaal op die manier te gronde gaat, hoe heilig en vroom moet u dan niet leven?
Ofwel: [als het van onze eigen daden moet afhangen] HOE heilig en vroom moeten wij dan wel niet zijn?
Waar lees jij deze gereformeerde invoeging? Het hangt ook van onze eigen daden af, daar laat Petrus geen misverstand over bestaan, maar de waarschuwing is gericht aan de eerste gemeente te Judea.
quote:
Maar: Maar wij vertrouwen op Gods belofte en zien uit naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont.
Ook hier wordt uiteindelijk een beroep op Gods ingrijpen en Gods genade gedaan: HIJ maakt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde, waar gerechtigheid woont...
Doch als wij reeds in het hier en nu leven onder de nieuwe hemel en aarde en nog steeds uitzien naar wat beters, vertoornen we God dan niet met ons verwend gedrag? Ik als mens zijnde word pissig als de zwijnen mijn parels vertrappen en ik denk dat Jezus ook kwaad wordt als wij de nieuwe hemel en aarde niet waarderen. Het leven wat wij hebben gekregen is prachtig en ik zou het niet willen missen. Op God zijn heilige berg wordt geen verderf meer aangericht, want de nieuwe heilige berg kunnen de honden niet komen omdat zij niet geloven dat hij bestaat.