Hoi Ignatius,
quote:
quote:
Hoe anders?
Het geweten van anderen vorm je door hen het goede voorbeeld te geven: te doen waartoe je Geroepen wordt en door vervolgens uit te leggen waarom je doet wat je doet, nalaat wat je nalaat en terugkeert op eerdere schreden.
Je oordeelt als het ware eerder jezelf (de balk) dan de ander (de splinter), maar zelfs daarin moet je niet te ver gaan (je moet ook jezelf liefhebben om de ander lief te kunnen hebben als jezelf).
Beter dan je eigen eerdere handelen te veroordelen en vast te blijven zitten in het verleden waarin je je doel miste, is je te richten op wat God nu van je vraagt, je te bekeren, te doen waartoe God je Roept.
quote:
quote:
St. Ignatius schreef op 11 december 2012 om 01:24:Dat hangt ervan af hoe je dat interpreteert. Waarom zou je een broeder niet mogen vermanen als hij zondigt? Of beter nog, hem op weg helpen om het recht pad weer te bewandelen? Dat heeft niets met veroordelen te maken, maar met liefde voor de naaste
Als jij -in lijn met de traditie van je kerk- je Geroepen voelt om anderen te vermanen, wie ben ik dan om dat te veroordelen?
Het probleem dat ik constateer is, dat als je wijst op de zonde van een ander, dat er dan 3 vingers terugwijzen naar jezelf: je roept een vergelijkbaar oordeel van anderen over de balk in je eigen oog over je af.
Dat is niet meer dan een constatering van een 'mechanisme' in menselijke interacties: 'oordeel niet als je niet geoordeelt wilt worden'.
Het is ook niet nodig.
Door gehoor te geven aan de ingevingen van zowel waarheid als liefde in je hart, door die te interpreteren als de manier waarop God je Roept, de manier waarop God je laat zien waar je zelf dwaalt en waar voor jou de Weg ligt die je te gaan hebt, zul je niet alleen in je eigen leven de geest van Christus zichtbaar maken, maar ook -in de eerste plaats in je leven en pas in de tweede plaats in de woorden waarin je daarvan getuigt- anderen de waarheid aanzeggen in liefde.
Door vanuit eigen ervaring te spreken en door waarheid en liefde te combineren hoeft dat niet ervaren te worden als vermaning (tenzij die ander door eerdere ervaring met anderen die hem/haar wél vermaanden al te allergisch is geworden) en is de kans het grootst dat zij/hij daar lering uit trekt en niet in de verdediging gaat.
Ik acht het niet onmogelijk dat kerken zoals de jouwe nodig zijn voor mensen die al te zeer getekend zijn door een samenleving waarin het maar al te gebruikelijk is dat mensen elkaar veroordelen.
In de Bijbel zie je ook dat God de mensen stapje voor stapje verder helpt en niet meteen in Genesis begint met zeggen dat je vijand lief moet hebben: eerst stoppen met mensenoffers, pas dan helemaal stoppen met offeren in de tempel; eerst 'eerlijk' oog om oog en tand om tand in plaats van 7 maal 70 keer vergelden, pas dan vergeven etc..
De manier waarop jouw kerk mensen tegenwoordig veroordeelt is beter (werkt minder averechts) dan de manier waarop 'supporters' geneigd zijn te oordelen over 'hun tegenstanders' en over 'partijdige arbiters' en kan dus veel mensen een stapje verder helpen.
Het feit dat jouw kerk de grootste is, zou wel eens kunnen samanhangen met het feit dat het overgrote deel van de mensheid nog niet zonder menselijke autoriteiten kan (de Geest aan kan spreken die ook over henzelf is uitgestort).
Naast jouw kerk zijn er ook andere kerken en religies met bestaansrecht en als ik het goed begrijp (o.a. op grond van wat jij eerder hebt geschreven in dit forum) erkent jouw kerk dat ook, ongeveer sinds het 2e Vaticaans concilie.
Onder die andere kerken en religies zijn er die bedoeld zijn voor mensen die verder zijn in het liefhebben van God boven alles en hun naaste als zichzelf en het zich daarbij laten leiden door de geest van Christus.
Er zijn er ook voor mensen die minder ver zijn.
Voor zover jouw kerk zich tegen die andere kerken en religies afzet of zich als superieus daaraan presenteert roept ze het oordeel over zich af slechts 'kerk' onder de kerken te zijn.
Jij hebt me echter geleerd dat jouw kerk ook in staat is tot inclusief denken: in termen van een Kerk waarin al die kerken en religies een plek hebben.
De pretentie te weten welke plek elk van die andere kerken en religies in dat geheel heeft en de neiging dat op zo'n manier te uiten dat ze in de verdeding te gaan is dan weer wat riskant.
Dat risico (van het als mensen onderscheiden van gradaties van waarheid van kerken en religies) hangt uiteraard ten nauwste samen met het risico van het als mensen onderscheiden van gradaties van zonden (van anderen).
Pas daar mee op, zou ik zeggen.
Riemer's 'je zondigt of je zondigt niet' lijkt mij veel veiliger.
Met v&Vriendengroet,
Wim