Weekend 
De laatste dag van de werkweek zat er alweer op. Nadat Roodkapje om hulp van bovenaf gevraagd had, aangezien het vroeg opstaan haar zwaar viel, werd ze om kwart voor zes gewekt door de hogere instanties. Na even lekker gedoezeld te hebben rekte ze zich uit en stond voorzichtig op. Om half zeven zat ze aan haar bijbelstudie icm met ontbijt, zodat ze van zeven tot half negen kon studeren. Roodkapje was de instanties boven dankbaar.

Om half negen vertrok ze naar de Zeeheldenbuurt om schoon te maken bij een mevrouw. Dat was op zich wel gezellig, alleen was mevrouw niet heel erg blij dat Roodkapje geen zin had om een raam op één hoog schoon te maken van de buitenkant, door uit een ander raam te gaan hangen, zich met een hand vasthoudend aan het kozijn. Roodkapje vermoedde namelijk dat zoiets niet mocht van de arbo, bovendien had ze er geen zin in. Voor dat werk had je glazenwassers. Alleen had mevrouw geen zin (en geld?) om er eentje in te huren...
Tsja, dan kijk je toch tegen vieze ramen met strepen aan? Roodkapje kon d'r niet echt mee zitten. Het was gewoon haar werk niet.

Tussen de middag gauw naar huis, gedeelte van de afwas doen, was ophangen en stofzuigen. Daarna vlug op de fiets naar Hoogkerk voor een gewijzigd adres. Wat bleek nou? De mevrouw waar ze 's middags moest schoonmaken wilde alleen maar dat Roodkapje kwam. Roodkapje was de vorige week vrijdagmiddag ook geweest en dat was kennelijk goed bevallen. Waren er toch nog mensen die tevreden over haar werk waren.

Het was niet zo geweldig weer toen ze weer naar huis moest: het miezerde. En ze moest niet naar Vinkhuizen maar naar de universiteit waar een studiegenootje een geleend boek had achtergelaten bij de bode/conciërgedienst van haar faculteit. Dus karde Roodkapje in één ruk van Vinkhuizen naar de Tuinwijk, waar de faculteit van Gedrags- en Maatschappijwetenschappen zich bevond. Het boek lag er en Roodkapje was erg blij dat ze het terughad: het bewuste studiegenootje zou de daaropvolgende week vertrekken naar de UK waar ze een promotieplek had weten te bemachtigen. Dus het was nu of nooit. Het boek had 36 euro gekost, op zich nog redelijk goedkoop voor een studieboek, maar toch nog duur genoeg. Bovendien was het een heel tof boek: Breinmakers en Breinbrekers: Inleiding in de cognitiewetenschap van Tjeerd Andringa, Niels Taatgen et. al. Het hoorde bij een Algemeen Vormend Vak dat ze stiekem gevolgd had (het telde niet mee voor haar eigen pakket omdat het teveel leek op haar eigen studie

) Wel jammer, maar ja... ergens ook wel terecht dat je niet twee verschillende tentamens mag doen over dezelfde stof

.
Uiteindelijk kwam Roodkapje natgemiezerd thuis. Ze ruimde nog even wat op, deed het restant van de afwas en warmde een blik goulashsoep op. Het brood was beschimmeld, dus helaas werd het soep zonder broodjes. Ze moest er dus op letten om de helft van het brood in de vriezer te stoppen als Doornroosje er niet was.
Daarna werd er een begin gemaakt met het herhalen van de beschrijvende statistiek voor testtheorie. Op zich had ze alles ooit weleens gehad. Maar er was niks zo irritant als op een tentamen zitten te denken: "Ik weet wel ongeveer hoe dit moet, maar hoe zat het ook alweer precies?". Erg jammer van de punten was dat.

Daarna was het alweer bedtijd geworden. De zaterdag zou nuttig besteed worden: van 8 uur 's ochtends tot 5 uur 's middags studeren. Tjsa... als je door de week werkt, dan moet je op een ander tijdstip studeren, hè?
