Geloofsopvoeding van je kind gebeurt op school, in kerk en gezin. Dominee Gerwin Pruijssen stelt in De Reformatie, die vandaag verschijnt, dat de nadruk op geloofsoverdracht in het gezin moet liggen.
Op school en in de kerk gebeurt veel en dan zou je bijna vergeten dat het de ouders zijn die de eerste verantwoordelijkheid hebben om hun kinderen ‘bij Jezus te brengen’. Dat is de norm.
Maar daarmee is niet alles gezegd. Want hoe doen we dat, ons kind in het geloof opvoeden? En hoe ga ik ermee om als mijn kind niet meer naar de kerk gaat, of aangeeft niet meer in God te geloven?
Je lege handen laten vullen
In het artikel gaat Pruijssen eerst in op het belang van geloofsoverdracht. Hoezo, is het belangrijk dat ouders hun kinderen over het evangelie vertellen? Het antwoord op deze vraag vindt hij in Marcus 10:13-16. Ouders brengen hun kinderen bij Jezus en Hij legt hen de handen op. Daar zit beweging in. Zo zie je de gevolgen van een bewuste keus. Niet bepaald een zoetig verhaal, want Jezus grijpt deze beweging aan, ter waarschuwing. Jezus zet deze gebeurtenis in een kader. Het gaat om de vraag voor mij: hoe kom ik het koninkrijk van God binnen? Jezus zegt: ‘Je komt het koninkrijk van God binnen als je het ontvangt zoals een kind ontvangt.’ Een kind ontvangt niet omdat het zo’n onschuldig wezen is, maar in afhankelijkheid van zijn vader en moeder. Durf jij dat?
Ouders in beweging
Zo kom je bij de hoofdvraag: is het belangrijk dat ouders zelf hun kinderen het evangelie vertellen? Ja, alleen als ouders in beweging komen om ze bij Jezus te brengen, kunnen de kinderen Jezus leren kennen. Pruijssen stelt, dat deze verantwoordelijkheid, vanuit liefde voor de kinderen, breed gedragen wordt door de hele gemeente van Christus.
De geestelijke noodzaak van geloofsopvoeding is dat kinderen wedergeboren moeten worden. Zodat ze leren berouw te hebben over hun zonden en Jezus’ beloften van vergeving en vernieuwing geloven.
Vertrouwen op Gods beloften
Wat nu als je kinderen niet meer mee naar de kerk willen? Pruijssen: “… vanuit gesprekken met ouders heb ik geleerd dat de neiging er heel sterk is om naar het gedrag van kinderen te kijken. Want wat ouders zien, is dat ze niet meegaan naar de kerk. (…) Wat heb je dan aan Gods beloften? Jezus leert ons om sterker op Gods beloften te focussen dan op het gedrag van kinderen. Jezus heeft in Marcus 10 niet gezegd: ‘Als ze geluk hebben, krijgen ze het koninkrijk van God.’ Alsof je uit het gedrag van je kinderen moet opmaken, of ze dat geluk hebben gehad of niet. Nee, in Marcus 10:14 staat: het koninkrijk van God behoort hen toe.” Daar moeten ouders naar kijken en op vertrouwen.
Gerwin Pruijssen is predikant te Loppersum en Westeremden. Hij is getrouwd en vader van vijf kinderen