quote:
Piebe schreef op 01 maart 2011 om 22:27:[...]
Als ik daar even op mag inhaken, ik denk dat zij daar gegronde redenen voor hebben.
Kolossenzen 1,26het mysterie dat in alle eeuwen en voor alle generaties verborgen is geweest, maar nu aan zijn heiligen onthuld is.
Ware het niet dat Paulus
verder gaat met zijn betoog, en een paar regels verder uitlegt WIE hij met dat "mysterie" bedoelt: namelijk
Christus. Het is dus de Christus die "
in alle eeuwen en voor alle generaties verborgen is geweest, maar nu aan zijn heiligen onthuld is"...
Kijk maar: Kol 2:2
Zo wil ik hen bemoedigen en hen in liefde bijeenhouden, opdat ze tot de volle rijkdom van allesomvattend inzicht komen, tot de kennis van Gods mysterie: Christus, 3 in wie alle schatten van wijsheid en kennis verborgen liggen.
Maar IN Hem ligt nog
steeds een "mysterion" verborgen: alle schatten van wijsheid en kennis...
Het WTG zal toch niet beweren dat hun BL
al deze schatten van wijsheid en kennis "in pacht" heeft? Want dan zou het er op neer komen dat men in dat BL Christus
Zelf ontmoet!
Uiteindelijk waarschuwt Paulus dan ook: Kol 2:4
Dit alles schrijf ik opdat niemand u met fraaie redeneringen op een dwaalspoor brengt.
Want WAT leert Paulus nu eigenlijk in dit gedeelte?
Kol 1:27 Aan hen heeft God bekend willen maken hoe glorierijk dit mysterie is voor alle volken: Christus is in u, hij is uw hoop op goddelijke luister. 28 Hem verkondigen wij wanneer we iedereen waarschuwen en in alle wijsheid onderrichten, om iedereen tot volmaaktheid in Christus te brengen.
Christus is onze hoop op δόξα... Op goddelijke luister, vertaalt de NBV. Hij is onze τέλειος, zegt Paulus in vers 28. Onze
eindbestemming... Maar WAT leert Paulus een paar verzen eerder over Christus? Kol 1:19
in Hem heeft heel de volheid willen wonen. In Hem woonde de πλήρωμα... Wat in deze contekst niets anders kan betekenen dan dat in Hem
God de Vader volledig aanwezig was. Want (leert het WTG): heel de
rest van de schepping is al in Hem (Christus) aanwezig (17
Hij bestaat vóór alles en alles bestaat in hem.) Als de hele schepping al in Hem aanwezig
is, en de volheid in Hem wil
wonen, dat MOET hiermee dus wel zijn Vader bedoeld worden, in al zijn δόξα! De Vader zet de Zoon dus op een
gelijk niveau met
Zichzelf...
(Let wel, dat de Kerk leert dat dit van
eeuwigheid het geval is; terwijl de Zoon
van eeuwigheid "het aan God gelijk zijn niet als een roof heeft geacht" (Fil 2:6) - de Vader verheerlijkt
voor eeuwig de Zoon en de Zoon verheerlijkt de Vader
voor eeuwig (Joh 17:1))
Ik heb al eens tegen Beepee gezegd, dat als de Zoon ook maar "één streep
lager zou staan dan de Vader" wij
nog niet gered zouden zijn... Wij
nog niet volledig in staat zouden zijn om Gods wil
volkomen te volgen... Wij God
nooit terug zouden kunnen vinden...
Wel. In DIE glorie mogen
wij dus delen
in Christus, leert Paulus in vers 28... Waarbij deze πλήρωμα
in ons wil wonen... "
Gods woonplaats is onder de mensen, hij zal bij hen wonen" ten voeten uit...!
Joh 17:21 Laat hen allen één zijn, Vader. Zoals u in mij bent en ik in u, laat hen zo ook in ons zijn, opdat de wereld gelooft dat u mij hebt gezonden. 22 Ik heb hen laten delen in de grootheid (δόξα) die u mij gegeven hebt, opdat zij één zijn zoals wij: 23 ik in hen en u in mij. Dan zullen zij volkomen één zijn en zal de wereld begrijpen dat u mij hebt gezonden, en dat u hen liefhad zoals u mij liefhad. Ik begin meer en meer te begrijpen waarom de Kerk het begrip
theosis hanteert... En het lijkt me dat deze volkomen éénheid van God en zijn volk (waar Jezus over spreekt in Joh 17) uiteindelijk iets is voor het ἔσχατος... Opdat
uiteindelijk "in de naam van Jezus
elke knie zich zal buigen, in de hemel, op de aarde en onder de aarde, en
elke tong zal belijden: ‘Jezus Christus is Heer,’ tot eer van God, de Vader".
En uiteindelijk is die éénheid natuurlijk wel een teken aan de wereld (op dat punt heeft het WTG wel gelijk), maar het is
ook een Godsgeschenk... Niet iets dat wij
mensen kunnen stellen als een "teken van het ware gelijk"; alsof een gemeenschap die nog niet die volkomen éénheid heeft bereikt DUS niet van God zou zijn... Een verdeeldheid in de Kerk
is beschamend, maar wijst tegelijk die Kerk
ook op zijn τέλειος...
Bij het stellen van die éénheid als
eis en niet als
einddoel (zoals het WTG lijkt te doen) blokkeert het WTG m.i. het bereiken van die éénheid juist... En blokkeert daarmee feitelijk het werk van Christus in zijn Kerk... Waarbij duidelijk wordt dat het WTG
inderdaad geen ruimte laat voor het mysterie, voor Christus...