quote:
Hendrik-NG schreef op 16 juni 2011 om 20:41:[...]
Ach. Als ik af mag gaan op de inzichten van "onze" (
ik heb geen link met het Radboud maar met het Erasmus - vandaar dat ik hem maar "beperkt inlijf") hoogleraar psychologie van het onbewuste, Ap Dijksterhuis, dan valt er tegenwoordig (d.m.v. vele vernuftig in elkaar gestoken experimenten) aardig wat te bewijzen, dan wel aannemelijk te maken, in de moderne psychologie.
Ook voor wat betreft
onbewuste processen in ons brein.
Wat Jung beschrijft als "individuatieproces" past binnen hetgeen Dijksterhuis in zijn (
populair wetenschappelijke werkje) "het slimme onbewuste" tekent als "het leren vertrouwen op datgene wat je
onbewust waarneemt, meent, beslist". De "moderne mens van Jung" zou in de visie van Dijksterhuis waarschijnlijk het slachtoffer genoemd worden van "de cartesiaanse catastrofe" - niet omdat die mens niet langer in contact zou staan met b.v. een "collectief onderbewuste", maar doodeenvoudig omdat deze te
veel op zijn "bewustzijn met zijn tamelijk krappe verwerkingscapaciteit" afgaat en te weinig luistert naar de ingevingen van het onbewuste deel van zijn brein, dat een ca. 200.000x groter verwerkingsvermogen heeft.
De leer van het individuatieproces gaat niet in de eerste plaats over intuïtie. Eigenlijk helemaal niet. Maar over symbolische representaties van integratieprocessen van (collectief) onbewuste en bewuste Ik, zoals als die optreden in (sommige) dromen en in situaties van projectie, zoals in de alchemie of (soms) bij het schrijven van literaire werk, zoals het evangelieverhaal.
Arend Landman: "In mijn optiek zou je de zee waarin de ijsberg drijft kunnen vergelijken met het collectieve onbewuste waar de bekende Zwitserse psycholoog en psychiater C.G. Jung over sprak en schreef,
maar daar gaat Dijksterhuis in zijn boek niet op in."
quote:
Dat een mens gaandeweg zijn leven meer in staat raakt om een betere balans te vinden bij het gebruik van zijn bewustzijn in samenwerking met zijn onbewuste, zou een juiste waarneming geweest kunnen zijn van Jung (al lijkt het me zo te zijn dat juist b.v. kinderen meer intuitief zouden moeten handelen dan volwassenen!...) Daar zijn m.i. wel wat verdere onderzoeken op los te laten... (Jammer dat het mijn vakgebied niet is - al is "psychosomatiek" dat nadrukkelijk wel!)
Het gaat ook niet zozeer om het vinden van een balans van denken en intuïtie.
quote:
Over dit "moderne onbewuste" is dus in de loop der tijden al duidelijk
meer geschreven dan dat wat Jung indertijd heeft geopperd. En waar veronderstelde "alleronderste lagen van een collectief onderbewuste" waarschijnlijk voor
altijd in hypothetische nevelen zullen blijven gehuld, valt er door modern onderzoek al heel veel meer over "onbewuste denkprocessen" te melden dan enkel wat "metafysisch gespeculeer".
De inzichten schrijden voort!
Als ik op mijn
gevoel afga, dan heeft een Dijksterhuis betere papieren dan een Jung (
hoewel ze in mijn boekenkast evenveel plaats innemen - want wie zegt dat de schrijfsels van Jung geen mooie gedachten op zouden kunnen leveren...
)
Een sterk punt van de individuatie-theorie zijn de grote overeenkomsten in representerende symboliek tussen de verschillende religies en mythologieën over de wereld heen, gedurende de eeuwen, van volkeren die nooit van elkaar hadden gehoord of iets van elkaar wisten, opgeteld met de symboliek van de alchemie, in sprookjes en in modern dromen. De overeenkomsten zijn zo groot dat er wel sprake moet zijn van een gemeenschappelijke (onbewuste) ondergrond: het collectief onbewuste.
quote:
NB: ook als ik op mijn gevoel afga heeft de hypothese "de Heer is waarlijk opgestaan" betere papieren dan de stelling "het bestaan van Jezus is twijfelachtig"...
De hypothese "de Heer is waarlijk opgestaan" heeft helemaal geen papieren. Alleen een stukje literatuur: het evangelieverhaal, waarmee nog helemaal niets bewezen wordt. Het is feitelijk puur een kwestie van geloof. Degenen die de stelling "het bestaan van Jezus is twijfelachtig" op zich twijfelachtig vinden, mogen hopen dat er ooit nog eens papieren opduiken die het bestaan van Jezus onomstotelijk aantonen. Zulke papieren zijn er tot nu toe niet. [/quote]
quote:
Maar, nogmaals: als het je te doen is om het ontdekken van een diepe psychologische betekenis in de Evangeliën, dan moet je de vraag of Jezus al of niet bestaan heeft gewoon buiten beschouwing laten... Dan blijft Jung gelijk houden, of Jezus nu bestaan heeft of niet...
Nee, nogmaals (soms moet je dingen een paar keer zeggen voordat ze doordringen): Als Jezus niet bestaan heeft, is de waarschijnlijkheid dat het evangelieverhaal slechts een symbolische representerende beschrijving van het individuatieproces is (zoals we dat in ander literaire werken aantreffen) aanzienlijk groter dan gemiddeld. Even een stukje uit het boek "Natuuroverstijgende transformatie":
"Het is niet mijn bedoeling de psychologische achtergrond van het Christus-evangelie uitgebreid te behandelen. Slechts een paar dingen wil ik aangeven. Het gaat bij dit alles natuurlijk om een interpretatie, niet om een onbetwijfelbare zekerheid.
Afgezien van het Christus-evangelie op zich vinden we in de bijbel hoe dan ook veel symboliek die betrekking heeft op het individuatieproces. Zoals bijvoorbeeld de zondvloed of de tocht van Jonas in de walvis: het 'overspoeld' worden door of het opgenomen worden in het water, het onbewuste. Ook de doop, oorspronkelijk een onderdompeling, staat hiervoor symbool. Na de onderdompeling en de reis door de onderwereld, is er de wedergeboorte. Die leidt tot de geboorte van een nieuwe mens: de mens die werkelijk contact heeft men het onbewuste. De mens die een eenheid is van bewuste ik en onbewuste.
De stal, of oorspronkelijk de grot, is de baarmoeder: het onbewuste in zijn plastisch-creatieve aspect, de duistere scheppingskracht van het onbewuste, waar onder meer de krachten huizen die behoren tot de diepste gronden van de natuur in ons, en die gesymboliseerd worden door de dieren in de stal.
Het kind is het aarzelende begin van het individuatieproces. Er is een eerste verbinding tussen bewuste ik en onbewuste. Maar er moet nog heel wat gebeuren voor een volledige integratie wordt bereikt, voor de glorieuze wedergeboorte een feit is geworden.
Het leven te midden van de wereldse beslommeringen trekt het bewuste ik telkens weer weg van het contact met het onbewuste en zo dreigt de kindermoord; er loert het gevaar dat het aarzelende begin weer teniet wordt gedaan. En dit op bevel van Herodes, heer van de Aarde.
De vlucht naar Egypte is de redding, het land van de innerlijke mysteriën; totdat de binding met het onbewuste zich meer gevestigd heeft.
In de woestijn is de mens op zichzelf aangewezen, dat wil zeggen: op de inhoud van het onbewuste. Later zal Jezus veertig dagen vasten in de woestijn, zich niet bezighouden met de uiterlijke wereld.
In de kabbala kennen we de barre tocht door de woestijn, van Yesod, de beeldentuin van het onbewuste, naar Tipharet, het centrum van licht en harmonie, het centrum van integratie van bewuste ik en onbewuste.
Wie de woestijn betreedt, verlaat de wereld om zich heen, maar ervaart nog niet het Zelf. Hij ervaart een wirwar van (in dat stadium) chaotische beelden vanuit het onbewuste, zonder dat hij een houvast heeft, noch in de wereld (die hij heeft verlaten), noch in het Zelf (dat hij nog niet ervaart).
In de woestijn ontmoet de mens de Satan, de schaduw, dat wat hij in het verleden heeft verdrongen, in het bijzonder de sterke instinctieve krachten vanuit de natuur, die in het onbewuste huizen. En deze krachten betekenen nu een geweldige verleiding voor de mens. Maar hij zal er toch weerstand aan moeten bieden, wil hij (dat wil zeggen: het bewuste ik) er niet volledig door verslonden worden. De individuatie zou dan op een verkeerd spoor geraken omdat de bruidegom (het bewuste ik) zich door de bruid (het onbewuste) laat vernietigen.
Overgave aan de instinctieve kracht, de libido, houdt de belofte in van een wereld vol glitter en glamour, vol valse schoonheid. Het is de wereld van Eros, die de inwijdeling maar al te gemakkelijk kan wegleiden van het ware doel: de transfiguratie. De draak (het verslindende aspect van het onbewuste) moet overwonnen worden.
Een centrale rol in de christelijke religies spelen uiteraard het paas- en pinksterfeest. Ook hierin vinden we veel inwijdingssymboliek terug.
In het bijzonder denk ik hier aan het kruissymbool. Het kruis waarop de mens uiteengetrokken wordt in vier richtingen. Er is nog geen eenheid, de mens wordt verscheurd door de tegenstellingen in hemzelf. Het individu verkeert in een toestand van onvrijheid, van het oneens zijn met zichzelf -- een pijnlijke situatie waarin hij naar vereniging, verzoening, verlossing, genezing, heelmaking verlangt.
Er is weliswaar een nauw contact met het onbewuste, maar het Zelf is nog niet het organiserend principe dat de tegengestelde krachten in het onbewuste 'tot de orde roept' en met elkaar verzoent.
In de mysteriën wordt de held gehangen (of hangt zichzelf) aan de takken van de moederlijke boom. Hij verenigt zich in de dood met de moeder, waarna de wedergeboorte volgt.
Hij sterft, dat wil zeggen: richt zich volledig tot de innerlijke wereld, de moeder, en verenigt zich met haar, waaruit de wedergeboorte voortkomt van de nieuwe mens als eenheid van bewuste ik en onbewuste, zonder innerlijke tegenstrijdigheden.