quote:
Ilonia schreef op 15 maart 2008 om 19:12:Nunc schreef:
Numeri en Hosea spelen zich af voor de menswording. Daarnaast is het niet juist om te zeggen dat God een mens is, maar dat God (of beter: het Woord van God) menselijke vorm aannam. God neemt er een natuur/aard/eigenschap bij.G’d zegt zelf dat Hij geen mens is en altijd aan Zijn woord zal houden. Waarom zou G’d dan opeens niet meer aan Zijn woord houden
Er staat dat God geen mens is, wat op het moment van uitspreken schrijven simpelweg waar was. Er staat niet dat God nooit een menselijke natuur zou aannemen. Daarnaast is het trinitarisch gezien nog maar de vraag Wie hier precies aan het woord was. God de Vader heeft nooit de menselijke natuur aangenomen, God de Zoon deed dat pas eeuwen nadat deze woorden gesproken werden.
Verder gaat het om het contrast tussen hoe God is en hoe mensen zijn. Bij Hosea om Gods vergevingsgezindheid, en in Numeri om Gods betrouwbaarheid (i.t.t. de menselijke leugens).
Ook is er nogal een verschil tussen "mens" en "God die óók de menselijke natuur aanneemt". Alleen als je dat ontzettend kort-door-de-bocht opvat en die verschillen negeert, kun je stellen "God is een mens" en een contradictie met Hosea of Numeri afleiden.
quote:
en zich in een menselijke gedaante verschijnen? Wij als mensen zijn toch Zijn afspiegeling? Wij als mensen zijn toch naar zijn beeld gemaakt?
God is ten tijde van Abraham óók al in menselijke gedaante verschenen:
1 De HEER verscheen opnieuw aan Abraham, bij de eiken van Mamre. Op het heetst van de dag zat Abraham in de ingang van zijn tent. 2 Toen hij opkeek, zag hij even verderop plotseling drie mannen staan. Onmiddellijk snelde hij de tent uit, naar hen toe. (Gen.18)
Alleen uit dat "incident" blijkt al, dat je Numeri en Hosea verkeerd begrijpt. God heeft volledige vrijheid om de gestalte van een mens aan te nemen, of zelfs de menselijke natuur. Waar het in Hosea en Numeri om draait, is dat God niet
als een mens is: leugenachtig, onbetrouwbaar en niet-vergevend
quote:
Daarbij ontkend Jezus zelf dat hij G’d is. (Lukas 18:19)
nee hoor, Jezus ontkent in Lukas 18:19 helemaal niks. Dat is slechts
jouw interpretatie. Je kunt met evenveel recht stellen, dat Jezus de man wilde wijzen op de grote woorden die hij gebruikte. De man kan heel goed lichtzinnig het woord "goed" hebben gebruikt voor Jezus (terwijl hij dacht dat Jezus maar een mens was) en Jezus kan hem met "waarom noem je mij goed, niemand is goed behalve God" gewezen hebben op de grote woorden die hij onbedoeld heeft gesproken. Jezus bevestigt noch ontkent de woorden.
Als je onderscheid wilt maken tussen jouw en mijn interpretatie, zul je naar andere teksten moeten kijken. Doet Jezus claims die consistent zijn met jouw interpretatie, of met de mijne. Aangezien Jezus o.a. claimt "de eerste en de laatste" te zijn (Openbaring 1:17-18), precies zoals Jahweh, is het m.i. een stuk plausibeler dat Jezus de man probeerde te wijzen op de (wellicht onbedoelde) waarheid van zijn woorden.
Ook het feit dat Hij elders geen enkele moeite heeft met het Zichzelf "goed" noemen (Joh.10:11 "
Ik ben de goede herder") is bevestiging van mijn interpretatie. Het probleem ligt 'm in Lukas 18 kennelijk helemaal niet in het feit dat Jezus
goed is ("goede meester/goede herder") of genoemd kan worden, want Hij zegt het Zelf ook van Zichzelf.
quote:
Waarom zou G’d er een eigenschap/aard/ natuur bij nemen? G’d heeft alles geschapen en is dus al alles.
Tja, voor iemand die eerst heel stellig beweerde dat God geen mens is, is de uitspraak "God (..) is dus al alles" (alles, inclusief mensen?!) ietswat inconsistent.
God is volkomen anders dan Zijn schepping. Hij staat boven en buiten de schepping. Hij heeft om onbegrijpelijke redenen ervoor gekozen om éénmalig helemaal "kopje onder" te gaan in de schepping. Ik weet niet waarom, anders dan dat Hij ons kennelijk genoeg liefhad om (tijdelijk) zoals ons te zijn.
quote:
(..).
Dat is ook niet zo gek, om de simpele reden dat Paulus juist één van de eerste schrijvers van het NT is (moeilijk om te verwijzen naar dingen die na je geschreven worden). Paulus verder daarnaast wel naar citaten van Jezus (die later in de vier evangelieën opgetekend zijn).
Dit betekend dus dat Paulus alleen de Tenach had om de mensen te onderwijzen. De Tenach steld duidelijk dat geen mens gelijk is aan G’d en als ze dat wel willen worden, worden ze daar voor gestraft. Zie bijvoorbeeld Gen. 3 vanaf vers 5 en zie Gen. 11.
Je haalt een paar dingen door elkaar. Jezus is niet een mens die gelijk gesteld is aan God. Jezus is Gods geincarneerde Woord, Dus Gods Woord dat gelijk werd aan mensen. Dat is precies andersom. Het is niet een mens die God wilde zijn, maar God (of beter: Gods Woord) dat mens wilde zijn. Dat God iets verbiedt voor mensen, betekent niet dat God iets soortgelijks zelf niet zou mogen doen: "
Quod licet Iove, non licet bove" (wat Jupiter mag, mag een koe nog niet).